Dossier Ecologie

Luchtkwaliteit in de grensregio

12 min leestijd
Luchtkwaliteit in de grensregio
De luchtkwaliteit in de grensregio tussen Noord-Frankrijk, Vlaanderen en Wallonië is een grensoverschrijdend probleem met aanzienlijke gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu. Fijnstof, stikstofdioxide en ozon zijn de grootste boosdoeners, die leiden tot vroegtijdige sterfte en diverse gezondheidsproblemen. Verschillende factoren dragen bij aan de slechte luchtkwaliteit, waaronder industrie, verkeer, huishoudens en landbouw. Hoewel er initiatieven zijn zoals het TransfAIR-project en lage-emissiezones (LEZ's) om de luchtkwaliteit te verbeteren, blijft harmonisatie van de criteria en grensoverschrijdende samenwerking essentieel voor een effectieve aanpak.

Verschillende alarmdrempels

Er zijn verschillen in de manier waarop vervuilingspieken worden geactiveerd en de alarmdrempels die worden bereikt tussen België en Frankrijk. In Frankrijk worden alarmen vaker geactiveerd op basis van verschillende metingen. In België hangen waarschuwingsdrempels daarentegen eerder af van voorspellingen. Er is ook een verschil in alarmdrempels voor deeltjes. Vanwege deze verschillen worden alarmen niet altijd gelijktijdig geactiveerd tussen de twee landen.


Het harmoniseren van deze criteria is ingewikkeld, omdat dat zou betekenen dat België Franse waarden zou moeten aannemen of omgekeerd, en dit geldt niet alleen voor de regio Hauts-de-France, Picardisch Wallonië en Vlaanderen. De meest voor de hand liggende oplossing zou zijn om te vertrouwen op de vaststelling van drempels op Europees niveau. De voor 2026 geplande Europese richtlijnen inzake waarschuwingsdrempels voor pieken in verontreiniging zullen minder streng zijn dan de huidige richtlijnen in Frankrijk en België.


Fijnstof is een killer

Slechte luchtkwaliteit heeft aanzienlijke gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu in Noord-Frankrijk, Vlaanderen en Wallonië. Luchtverontreiniging kent geen grenzen.
Fijn stof, stikstofdioxide en ozon zijn de stoffen met de grootste gezondheidsimpact, die leiden tot vroegtijdige sterfte.  In Frankrijk is luchtvervuiling de tweede belangrijkste oorzaak van vermijdbare sterfte, na tabak. Luchtvervuiling is er de oorzaak van 48.000 vroegtijdige sterfgevallen per jaar. Fijnstof is verantwoordelijk voor ongeveer 9% van de mortaliteit in Frankrijk.
In de Europese Metropool Rijsel (MEL) zouden, als de WHO-richtlijnen voor fijnstof (PM2.5) werden gerespecteerd, 965 sterfgevallen (11,7% van de mortaliteit) vermeden kunnen worden. In Vlaanderen zijn fijn stof, stikstofdioxide en ozon de stoffen met de grootste gezondheidsimpact, die leiden tot vroegtijdige sterfte. In 2023 waren er naar schatting 3500 vroegtijdige sterfgevallen door fijn stof (PM2,5), 1600 door ozon (O3) en 800 door stikstofdioxide (NO2).

De impact van fijnstof op de gezondheid kan zowel op korte termijn (inflammatoire reacties van de longen, toename van cardiovasculaire aandoeningen) als op lange termijn (beroertes, cardiovasculaire problemen, bronchitis, astma, kanker) optreden. Luchtvervuiling door fijnstof wordt beschouwd als het milieuprobleem met de grootste impact op de volksgezondheid en socio-economische kosten in Europa.

Niet enkel de mens heeft te lijden onder een slechte luchtkwaliteit. Luchtverontreiniging heeft een belangrijke impact op ecosystemen. Zure regen, veroorzaakt door zwavel- en stikstofverbindingen, kan leiden tot verzuring van bodem en water, wat schadelijk is voor planten en dieren. Stikstofdepositie kan leiden tot eutrofiëring, waarbij een overmaat aan voedingsstoffen de biodiversiteit vermindert en bepaalde soorten overwoekeren.

De oorzaken van slechte luchtkwaliteit

De grensregio heeft veelal te kampen met een relatief slechte luchtkwaliteit, in het bijzonder langs de verbindingwegen en in de agglomeraties. De vervuiling is afkomstig van zowel lokale activiteiten (transport, verwarming, industrie) als transitverkeer naar Noord- en Oost-Europa. 

Een grensoverschrijdend probleem

De grensoverschrijdende aard van luchtverontreiniging speelt ook een rol. Vervuiling die in het ene gebied ontstaat, kan zich naar andere gebieden verspreiden, waardoor samenwerking tussen verschillende regio's en landen noodzakelijk is. 

Vlaanderen, Wallonië en Noord-Frankrijk zetten verschillende strategieën en maatregelen in om de luchtkwaliteit te verbeteren. De aanpak omvat grensoverschrijdende samenwerking, emissiereductie in diverse sectoren, lokale mobiliteitsmaatregelen, monitoring en informatievoorziening.


Twee landen, drie regio’s

Wie de luchtkwaliteit wil opvolgen in zijn of haar regio, kan vandaag terecht op verschillende websites, afhankelijk van het land en de regio waar je woont. In België is dit een regionale bevoegdheid, waardoor je twee instanties hebt. Zij voegen hun gegevens wel samen in Irceline, de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu.

Protocol

De Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai keurde in 2019 een experimenteel protocol op voor de organisatie van gezamenlijk beheer van grensoverschrijdende luchtverontreiniging in de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai. Samen met andere partners werkt de EGTS aan de oprichting van een grensoverschrijdend milieu observatorium om diverse milieu parameters in kaart te brengen, waaronder de luchtkwaliteit.

TransfAIR: een poging om te harmoniseren

Het Interreg TransfAIR-project bracht de observatiecentra voor de luchtkwaliteit van de 3 regio’s samen. Het project liep van april 2019 tot september 2022 en had als voornaamste doel de harmonisatie van informatie rond luchtvervuiling in de grensregio. Het beoogde een betere uitwisseling en afstemming van luchtkwaliteitsgegevens tussen de deelnemende regio's. Ondanks de geboekte vooruitgang bleek het project complexer dan verwacht. Het project heeft een poging gedaan om een communicatiemiddel op te richten om de bevolking van de drie grensregio's te verwittigen en gezamenlijk te handelen bij vervuilingspieken.


Lage emissiezones

Verkeer is een belangrijke bron van luchtvervuiling. Verkeer stoot verschillende schadelijke stoffen uit, waaronder stikstofoxiden (NOx) en fijn stof (PM2,5). Uitlaatgassen van voertuigen bevatten ook ozon, koolstofmonoxide. Dieselvoertuigen stoten significant meer NOx uit.

Lage-emissiezones (LEZ's) zijn in het leven geroepen om de meest vervuilende voertuigen uit het verkeer te weren en zo de luchtkwaliteit binnen de zone te verbeteren. Dit draagt bij aan een betere gezondheid van de omwonenden.

Er zijn lage-emissiezones (LEZ's) in de grensregio Vlaanderen-Noord-Frankrijk. Specifiek hebben Gent en Antwerpen in Vlaanderen een LEZ. In Brussel is er ook een LEZ met gelijkaardige toelatingsvoorwaarden. In Noord-Frankrijk is er een milieuvignet verplicht in de 95 gemeenten van de Rijselse metropool. 

LEZ metropool Rijsel

  • De lage-emissiezone (LEZ) in Lille is ingevoerd op 1 januari 2025. 
  • Deze LEZ dekt de volledige regio Lille, dat wil zeggen alle 95 gemeenten van de MEL. 
  • De toegang wordt beperkt tot voertuigen met een groene, 1, 2 of 3 Crit'Air-sticker. 
  • De LEZ is dus verboden zonder sticker en met badges 4 of 5 - dus verboden voor dieselvoertuigen van vóór 2006.